Vrijdag 7 oktober 2016
We gaan met 19 vogelliefhebbers een weekendje op stap naar Groningen. We verzamelen bij Het Anker in Hazerswoude Rijndijk vanwaar we richting de Oostvaardersplassen rijden waar we nog een aantal anderen zullen ontmoeten. Als we bij het ontmoetingscentrum voor het eerst onze telescopen opzetten hebben we meteen een “vreemde” eend te pakken. Niemand van ons kan verzinnen welke eendensoort dit kan zijn. Uiteraard een foto gemaakt om later thuis uit te kunnen zoeken welke vogel het zou kunnen zijn. Het uitzoeken was niet nodig want een van onze facebook volgers had voordat we in Sellingen waren al het antwoord op deze exoot. Het blijkt een Chileense smient te zijn. Waarschijnlijk ontsnapt ergens….. We lopen richting de uitkijkheuvel aan het Jan van den Boschpad en zien in de verte veel paarden en herten maar ja; daar waren we niet voor gekomen!
Al lopend over het pad zie ik een grote bonte specht en de anderen zien ook nog een boomkruiper. De stemming zit er meteen in als de één de specht nog wel ziet en de ander niet. Het uitleggen waar hij dan wordt gezien is meer hilarisch dan duidelijk.
Er vliegen veel vinken aan het einde van het pad en we zien ze gezamenlijk met alweer een grote bonte specht in de boom zitten. Ook zit er een torenvalkje gebroederlijk bij een vink in de boom. Vanaf de uitkijkheuvel zien we al heel snel een zeearend en iedereen wordt hier wel heel blij van. Sommige van ons hebben ook het geluk om baardmannetjes te zien in het riet vlakbij. Het is een mooi begin van het weekend. We gaan terug naar de auto’s en doen daar een “achterbakkie” (verzonnen door Loes en ik vind hem leuk 😉 )
We rijden naar Harderbroek om daar krooneenden te gaan bekijken. Altijd een gok of ze er zijn als het gemeld wordt op Waarneming.nl maar we hadden geluk.
Van hieruit rijden we naar de Onnerpolder en het Zuidlaardermeer. Hier waren we vorig jaar ook met de VWG maar toen was het heel slecht weer. Nu genieten we juist van het mooie weer en dat is maar goed ook want Bas moest even tanken en het duurde, en duurde, en duurde…. dus dan maar wat foto’s maken van de omgeving want heel veel vogels zagen we hier niet.
Bij de Osdijk zitten veel ganzen met ringen om hun hals. Dit is wel een heel apart gezicht, we vinden het eigenlijk een beetje zielig alhoewel ze er geen last van schijnen te hebben. Tussen de kolganzen wordt een vreemdeling waargenomen; het blijkt een toendra rietgans te zijn. Wauw’, het verschil is alleen te zien aan de snavelpunt die wat donkerder is. Knap dat hij er tussen gespot is.
We zien hier ook een blauwe kiekendief vliegen en als we terug rijden op het weggetje zit ik precies aan de goede kant van de auto om de buizerd, die op een paal langs het weggetjes zit, vast te leggen.
We rijden naar de Zuiderhooidijk ten oosten van Onnen. Hier is een gemaal en boven op is een uitkijkplatform gemaakt vanwaar je de hele polder kan overzien. Je zult het niet geloven maar we tellen zeker 50 grote zilverreigers om ons heen. Ze staan op sommige plekken met z’n tienen op een kluitje wat een apart gezicht.
Ook zien we vanuit onze auto, op een soort elektriciteitshuisje, een hele mooie witte buizerd zitten en later vliegt er nog een torenvlak naar hetzelfde plekje. Als we uitgekeken zijn rijden we naar Sellingen waar ons onderkomen voor de komende twee nachten zal zijn. De catering brengt een heerlijke maaltijd en het wordt een gezellige avond.
Zaterdag 8 oktober 2016
Als we na het ontbijt achter het huis verzamelen zien we twee zwarte roodstaarten scharrelen bij de boerderij en even later vliegt er een blauwe kiekendief over het veld: prachtig en wat een mooi begin van deze tweede vogeldag. Ook staan er twee reeën tussen de velden in. Omdat wij nogal veel herrie maken gaan ze er snel vandoor.
We gaan richting het natuurgebied De Tjamme. Dit is maar 30 km van Sellingen af; en toch gaat het onderweg helemaal fout! Althans bij een aantal gaat het fout maar bij ons ging het goed. We lezen de route beschrijving en nemen, zo lijkt het in eerste instantie, een verkeerde beslissing en komen op de snelweg terecht. Google maps biedt uitkomst en binnen een half uur zijn wij bij het natuurgebied. Er staan hier enorm veel kolganzen in het weiland maar we zien ook canadese ganzen en een enkele brandgans, omdat de rest er toch nog niet is, krijg ik tijd genoeg om deze te fotograferen. Er komen er steeds meer aangevlogen………
Als na een uur iedereen gefrustreerd is gearriveerd, is het kijkplezier er even vanaf en gaan we na een bakkie gedaan te hebben weer verder. Gerard en bijrijder Jan gaan deze keer voorop rijden met de eindbestemming in Googlemaps ingevoerd; het kan niet mis gaan. We gaan naar de kijkhut De Kiekkaaste met uitzicht over de Dollard. De Kiekkaaste is de enige buitendijkse vogelkijkhut van Nederland en geeft een goed zicht op de slikvelden van de Dollard.
We lopen via de sluis naar een houtenvlonderpad dat ons tussen het riet door naar de kijkhut leidt. Ik hoor de baardmannetjes en zie ze ook weg vliegen maar ik zie er niet één rustig op een rietstengel zitten helaas. Het uitzicht vanuit de kijkhut is fenomenaal! Wat waanzinnig veel vogels hier.
Al heel snel zien we een slechtvalk, die had ik nog nooit gezien dus ben ik blij dat hij ook vliegend iets dichter bij kwam.Deze zwarte ruiters dobberden een beetje rond, wel apart om ze niet lopend te zien.
Wat een ganzen hier en er kwamen er nog veel meer aan, wauw genieten hoor. Ook zien we nog een zeearend. Tijdens de lunch, die we hier nuttigen, hebben we uitzicht op een prachtige lucht.
Onze auto gaat weer voorop en we rijden naar de Polder Breebaart. Onderweg zien we eerst een veld vol kieviten met 1 goudplevier er tussen, later een veld vol spreeuwen…..het zijn er echt heeeeel veel.
Ook zien we een op Lavendel gekleurd lijkend veld wat door de kenners herkend wordt als Phacelia tanacerifolia oftewel Bijenbrood. Het is een eenjarig plant die tot de ruwbladigenfamilie (Boraginaceae) behoort en veel door honingbijen en hommels bezocht wordt. Zo leer je nog eens wat!
In de polder Breebaart bezoeken we eerst het informatiecentrum Buitenplaats Reidehoeve van Het Gronings Landschap met boven in het gebouw een mogelijkheid om vogels te kijken.
Mooier is het om naar de kijkhut bij de plas te gaan want er lopen heel veel steltlopers hier en die misten we nog op onze waarnemingenlijst. Er loopt zelfs een jonge Steltkluut en ook die had ik nog nooit in het echt gezien.
We rijden hier vandaan naar het Dannemeer. Dit meer is een nieuw natuurontwikkelingsgebied nabij Schildwolde/Slochteren. Het is een weids gebied maar er is niet heel veel te zien. Er zitten wat nijlganzen bij elkaar en in de verte zien we slobeenden en weer watersnippen.
We besluiten terug te gaan naar ons tijdelijke huis. Hier drinken we een biertje of wijntje en kletsen gezellig met elkaar totdat langzaam iedereen naar bed verdwijnt.
Zondag 9 oktober 2016
Als alles is opgeruimd na het ontbijt, de overblijfselen zijn verdeeld en de auto’s vol geladen kunnen we vertrekken. Het is niet helemaal duidelijk waar we precies heengaan dus wordt er een tijdje over heen en weer gepraat en dan gaan we uiteindelijk toch rijden. Het is de bedoeling dat we het Westerwolde gebied bezoeken met zijn vroegere vloeivelden. We rijden dus richting Stadskanaal en parkeren aan de Onstwedderweg. Hier vandaan lopen we eerst richting het Musselkanaal maar dat blijkt niet goed te zijn. Dit gebied mogen we niet betreden; helaas want sommigen zien al meteen een ijsvogeltje vliegen. We lopen er dan toch even in maar niet helemaal op ons gemak en gaan snel weer richting het kanaal. Er volgt overleg op hoog niveau!
We zoeken de vogelkijkhut Veenhuizerstukken. De Veenhuizerstukken is een voormalig vloeiveld van de aardappelmeelfabriek De Twee Provinciën in Stadskanaal. In de slikkige bassins vinden steltlopers en eenden hun voedsel. Vanuit het vogelobservatiehut kun je lepelaars, zomertalingen, berg- en slobeenden bespieden. De vogelkijkhut ligt aan de oostzijde van het AG Wildervanckkanaal. Vanaf de parkeerplaats aan de Onstwedderweg loopt een wandelpad van 500 meter naar de vogelkijkhut toe. We waren dus de verkeerde kant op gelopen. Nieuwe poging dan maar; goed voor de stappenteller. Als we het wandelpad gevonden hebben is de vogelkijkhut nergens te bekennen. Diverse mobiele telefoons worden geraadpleegd maar op de plek waar hij hoort te staan vinden we helemaal niets. Jammer het leek zo veelbelovend! Sommige van ons zien wel staartmezen en dat is dan wel weer erg leuk. Nadat we een “achterbakkie” met een heerlijke koek hebben gedaan gaan we naar onze laatste stop van het heerlijke weekend. We rijden richting Bargerveen.
Het Bargerveen is 1 van de grootste hoogveenrestanten van Nederland. Hier vind je nog een stukje onvergraven hoogveen, met voor Nederland unieke plantensoorten, zoals vijfrijig veenmos en lange zonnedauw. Het natuurgebied bestaat uit 3 deelgebieden. In deze gebieden is het veenpakket op verschillende manieren afgegraven, van handmatig tot mechanisch. Op sommige plekken zijn destijds bij de huisjes fruitbomen aangeplant, terwijl op andere plekken ooit boekweit werd verbouwd. Hierdoor vind je in Veenland allerlei soorten natuur. Al die verschillende soorten natuur zorgen voor een enorme biodiversiteit, oftewel variatie aan dieren en planten. Er komen bijna 300 soorten vogels in het gebied voor. Daarvan broeden er jaarlijks 100 tot 120 in het gebied. Naast de 40 soorten libellen zijn er 30 soorten dagvlinders en maar liefst 900 nachtvlindersoorten aangetroffen. Verder komen er, naast alle 3 soorten zonnedauw en 15 veenmossoorten, bijzondere planten voor, zoals beenbreek, kleine veenbes en lavendelheide. In het gebied huizen reeën, bunzingen, wezels, hermelijnen, adders, gladde slangen en levendbarende hagedissen. Kortom: Bargerveen is een luilekkerland voor natuurliefhebbers.
Eerst zijn we bij het Noordelijke gedeelte maar hier kan je niet echt het gebied goed in. Wel is hier een heuvel met een weids uitzicht en prachtige koeien.
We rijden toch nog verder en vinden de juiste ingang van waaruit je prachtige wandelingen kan maken. Eerst lopen we naar de kijkhut maar die is alleen voor super lange mensen gemaakt en niemand van ons heeft een goed zicht. Op het pad naar de kijkhut toe zingt een roodborstje ons vrolijk toe en het blijft ook mooi zitten.
Ook zien we nog een vogeltje zitten maar niemand kan op dat moment bedenken wat het zou kunnen zijn. Gelukkig hebben we de foto’s nog en in de auto kom ik er achter het een vrouwtje rietgors moet zijn.
We gaan verder en lopen wat rond in het gebied. Ineens vliegt daar, denken wij allen, een vrouwtje blauwe kiekendief. Ik krijg hem mooi in beeld.
We praten er al lopend over na en vinden haar kleur mooi vossenbruin besluiten we. Onderweg valt ons oog op een soort wit mos en als we het wat nader gaan bestuderen zien we ineens een kikker erop die begint weg te springen.
Na wat speurwerk kom ik tot de conclusie dat dit een Heikikker is. Ook lopen we nog een stukje door het bos en daar zie je natuurlijk ook altijd mooie dingen.
En dan begint het uiteindelijk toch een heel klein beetje te miezeren en vinden we het wel genoeg geweest. We lopen terug naar de auto’s en na het maken van een leuke groepsfoto nemen we hartelijk afscheid van elkaar en gaan we richting huis.
’s Avonds thuis komt het eerste mailtje binnen dat het toch geen vrouwtje blauwe kiekendief geweest is maar waarschijnlijk een juveniel grauwe kiekendief. Het vossenbruin had de passagiers bij Charlotte in de auto aan het denken gezet en bij nadere bestudering kwamen ze tot deze conclusie. Gelukkig dat mijn foto goed gelukt was en die het bewijs kon onderschrijven want je kan namelijk ook heel duidelijk zijn “vingers” zien en dus tellen. Een blauwe kiekendief heeft er vijf en een grauwe kiekendief heeft er vier; hoe simpel kan het zijn.
We hebben uiteindelijk 89 verschillende soorten gezien dit weekend.